Te veel, te vol
Gedachten dwarrelen door mijn hoofd
als in een herfststorm, opgejaagd,
zelden rust of stil, nooit niets.
Wachtend op een volgende windvlaag,
verward, weer vliegend, opgejaagd
naar een moment van stilte.
Stormen, zij trekken niet meer voorbij,
maar duren, duren en duren.
teveel, te vol is mijn hoofd.