Stilte

Als ik zweef hoog boven
het dak van de aarde.
Boven een vlakte waar
niets anders is dan sneeuw

hoor ik stilte, complete stilte …
helemaal niets is verder te horen.

Niet het waaien van de wind,
niet het ruisen van water,
niet het rumoer van leven.

… Alleen stilte hoor ik …

… Stilte zolang ik zweef …

Grote stilte
van de buitenwereld,
kleine stilte
in de binnenwereld
raken elkaar:
ik word gekend
in hart en ziel.

En dan opeens en onverwacht,
ontsnapt uit een spleet in het ijs
geluid van murmelend water:
bron van alle leven.

Water dat een leven
heeft te gaan voordat het
zijn bestemming bereikt.

… En verder stilte, alleen maar stilte …

Nu weet ik ook dat ik
volledig stil moet zijn
om te kunnen leven.