20. Blog Nieuw-Zeeland: Langs de ruige Westkust – Goud, hout, kolen en jade … en gletsjers

 

16/20-01-2023

I go to nature to be soothed and healed and have my senses put in tune once more -John Burroughs-

Op weg naar Hokitika
De afgelopen dag had ik op weg naar de Pancake Rocks al een deel van de kustweg gevolgd, deze dag genoot ik er nog een keer van en vervolgde ik de weg verder naar het zuiden. Waren de uitzichten de vorige dag pittoresk, vandaag deed daar niet voor onder.

Onderweg had ik in Greymouth een coffee-break. Lekker genietend van m’n ‘koffie-met’ ging er een Nederlands stel aan het tafeltje links van mij zitten, even later een Nederlands stel aan het tafeltje rechts van mij. Ik hield mij gedeisd, even lekker de anonieme Hollander spelen. Wat je dan hoort … 😀

De hele streek kenmerkt zich door een ‘mijnbouwverleden’, goud (1860-1870), hout (1870-1930), kolen (1865-heden, nu wel aflopend), jade (1920-heden). 29.000 goudzoekers kwamen hier begin 60-er jaren van de 19de eeuw op af, vanuit andere inmiddels uitgeputte gebieden in Nieuw-Zeeland maar grote aantallen kwamen ook uit Europa, Australië, China en uit de Verenigde Staten. Velen hebben het niet overleefd, onder andere doordat de vele schepen in het zicht van de haven strandden. De grilligheid van de kust en de vele rotspartijen, onderwater, zijn hier niet vreemd aan. De tekenen en restanten hiervan zijn in het landschap en aan de kust terug te vinden.
Ik had gepland er een en ander van mee te maken. De camping die ik had uitgekozen, Goldsborough Campsite bij Hokitika, heeft z’n naam mee en is er alvast een prima startpunt voor. Bovendien is Hokitika heden ten dage toevallig ook nog eens het jadecentrum van Nieuw-Zeeland. Ik ben benieuwd …
De eerste ervaring op de camping is in ieder geval net als toen, geen telefoonontvangst, geen internet. Ik ging 160 jaar terug in de tijd. ’s Nachts vermoordde ik meer dan 20 muggen die illegaal mijn auto waren binnengeslopen en, op zoek naar een lekker hapje, toen tevoorschijn waren gekomen. Bad luck.
Het was, weer, een mooie en zonnige dag. Ik genoot van de afwezigheid van de regen en wilde dit ook wel even expliciet melden na al mijn ‘klaagzangen’ over het naar beneden komende hemelvocht de afgelopen weken. 😁😊🙏

Lake Brunner
Een tochtje in de omgeving van de camping op zoek naar een leuke wandeling leidde mij naar het Lake Brunner. De wandeling die ik dacht te maken, was nog ‘under construction’. Dat belette mij echter niet een stukje van de route te lopen en te genieten van de stilte en het uitzicht over het meer op de daar achter liggende bergen … tot een lawaaierige en stinkende motorboot het water werd ingelaten. Maar gelukkig was ik toen al op mijn uitgangspunt voor dat eerste korte uitstapje aan Lake Brunner terug en ging ik op zoek naar het volgende mooie plekje aan de rand van het meer.
Helaas kwamen daar vlak na mij een paar constant en te luid sprekende dames aan. En ging het nou over het leuke uitzicht en het punt waar ze waren uitgestapt? Nee hoor, over volstrekt andere dingen en plaatsen. Ze waren gewoon niet op de plek waar ze waren. Op een gegeven moment begon ik mij zo aan ze te ergeren, dat ik de neiging had te vragen of ze even hun mond wilden houden en wilden luisteren en kijken naar de plek waar ze zich bevonden. Op dat moment stapten ze weer in de auto, vast op weg naar een plek waar ze ook niet zouden zijn. Wat een rust, kon ik hier toch nog even genieten.

Terug op de camping was er een ontzettend leuk plekje vrij. Daar ben ik natuurlijk gelijk gaan staan. 😀 En vervolgens heb ik een heerlijke warme maaltijd bereid. Ik eet best wel lekker, ook als ik zelf kook. 😉 Of zou het mij hier gewoon beter smaken in deze primitievere omstandigheden?
Aan het eind van de middag waagde ik nog een poging een wandeling te maken die vanaf de camping begon. De eerste wandeling liep na 25 minuten over zulke steile en door water glad uitgesleten rotsen dat ik rechtsomkeert maakte. Ondanks m’n nieuwe schoenen met meer grip vond ik dat te heftig. De andere wandeling onderging al snel een vergelijkbaar lot, waardoor ik na een dik uur weer bij m’n auto terug was. Dan kon ik mij eerder dan gedacht gaan prepareren op de tocht van morgen en overmorgen naar de Franz Josef en de Fox Gletsjers. Het worden drie avonden met grote uitdagingen in de strijd tegen zandvliegjes, ’s avonds veel buiten zitten zal er niet bij zijn … 😢 😥
Dankzij de door mij genomen maatregelen (tussen de middag warm eten, auto anders neerzetten en deze overdag meer dicht houden) bleef het aantal muggenlijken deze nacht beperkt tot zeven, een fractie van de nacht ervoor.

Hokitika Gorge
Plaatjes zoals van de Hokitika Gorge zijn illustratief voor waarom mensen naar Nieuw-Zeeland zouden willen. Het blauw van het water, de hangbruggen, de rotspartijen en het uitzicht op de bergen in de blauwe lucht, al dan niet met decoratieve wolken … De diepte en intensiteit van het blauw van het water sluit naadloos aan bij de diepte en intensiteit van de kleuren die je in de hier gevonden jade vindt.
Waarom het water hier in deze kloof zo blauw is? Dat wordt veroorzaakt door de breking van het zonlicht in het ijskoude, door gesmolten gletsjerijs gevoede water.

Aan het eind van m’n trip van deze dag kwam ik op een camping met op 50 meter afstand dit uitzicht. Wat wilde ik nog meer (behalve dat het sandfly-free zou zijn. 😉 Dat ik het naar m’n zin had scheen duidelijk van m’n gezicht af te lezen te zijn. De camphost die ’s avonds langs kwam om de reserveringen en betalingen te controleren, had mij ’s middags al op het strand gezien. Zij vertelde mij dat ze toen dacht dat ‘die meneer er heel tevreden uitzag’.
’s Avonds voor het slapen en ’s morgens wakker worden met dit uitzicht, dan kan deze nieuwe dag toch al niet meer stuk? Onbewolkt uitzicht op Mount Tasman (’s ochtends in de schaduw) en rechts erachter Mount Cook. En dan moest de dag nog beginnen.

Franz Josef Gletsjer
Als ik tegen m’n oudste dochter ‘Franz Josef’ zeg dan dient zij mij gelijk van repliek met ‘Sissi!!!!!’. Het is echter niet de keizer van het Oostenrijks-Hongaarse rijk, maar de gletsjer die hier vanuit de Nieuw-Zeelandse Alpen, in vroeger jaren, de zee ingleed.
De Franz Josef Gletsjer was het doel van die dag. Niet erop, dat red ik lopend niet (en per helikopter vond ik ook weer zo decadent 😉). Maar een uitzicht op de zich schrikbarend hard terugtrekkende gletsjer wilde ik toch wel hebben. Anderhalve eeuw geleden liep hij nog tot in de zee, nu ligt de tong van de gletsjer 11 kilometer van de kust af. In de periode 2010-2013 is de terugtrekking afschuwelijk snel gegaan, als je foto’s van die twee jaren vergelijkt … in 2013 ligt hij nog verder terug dan destijds de verwachting voor 2100 was. 😩
De overnachting had ik geboekt in Gillespie Beach Camp, die camping stelde niet veel voor (voor tenten waren er leuke plekjes, auto’s stonden zij aan zij op een soort parkeerplaats). Maar ik had ervoor gekozen om de volgende ochtend vroeg bij het uitzichtpunt van Lake Matheson te kunnen zijn (de camping hier mist er niets aan als ik vroeg vertrek). Vanaf het eiland in het meer schijn je echt een fabuleus uitzicht op de bergen te hebben, in het vroege, zachte ochtendlicht. Op weg naar deze camping had ik de fotogenieke plekjes al even verkend. En vanaf even buiten de camping zijn er ook mooie plaatjes te schieten (bij avondlicht).

Ontbijt op Reflection Island
Zo’n foto zoals je vaak in reisgidsen ziet wilde ik zelf ook wel eens maken. Vanaf Reflection Island in Lake Matheson zou dat moeten kunnen, tenminste … als de weersomstandigheden perfect zijn en ik er op het juiste tijdstip ben. En dat is dus best wel vroeg. Om kwart voor zeven ging ik op weg vanaf m’n camping, een klein half uurtje rijden en vervolgens nog zeker een half uur lopen. En dan maar hopen op de juiste omstandigheden. Ik had een paar boterhammen meegenomen, die kon ik daar wel opeten.
En ja, de omstandigheden waren perfect … gedurende slechts 10 minuten. Ik schoot een heleboel foto’s. Na 10 minuten was het moment voorbij, de wind trok aan en de wolken daalden over de toppen van Mount Tasman en Mount Cook. Nog een half uurtje later was de wind weer (even) weg, maar hadden de bergtoppen zich toegedekt onder een dikke deken.

Fox Gletsjer –  en dan zonder haast op weg naar Haast
Deed ik de vorige dag ‘Franz Josef’, deze dag was de Fox Glacier aan de beurt. Had ik vorige avond vanaf de camping al een eerste blik kunnen werpen op de Fox Glacier, nu bekeek ik hem van dichterbij. Ik vond hem minder indrukwekkend dan de ‘Franz Josef’, minder zichtbaar ook. Vooral van veraf vond ik hem majestueus.

Had ik het toch bijna gemist, de We(s)tcoast Rain. Dat is niet zomaar een buitje, dat is hevige regen die met bakken uit de lucht valt. Zoals ze hier zeggen “Als het hier regent, ben je in de hel”. Maar gelukkig, na zeven dagen zonneschijn brak hier dan eindelijk de regen los en kon ik die ook meemaken. Ik was het al helemaal ontwend hoe dat was, regen. Maar daar kwam ik gauw weer achter. De camping die ik oorspronkelijk had uitgezocht sloeg ik toch maar over, heftige regen én duizenden zandvliegjes (bij droog weer zijn het er miljoenen) én geen douches (laat staan een warme) die ik ook al vier dagen ontbeerde, deden mij overwegen een stuk door te rijden naar iets dichter bevolkte gebieden en daar een camping (met douche) te zoeken. M’n besluit was helemaal genomen toen ik op de oorspronkelijke camping een bordje zag staan, zo’n 30 meter vanaf de ingang, dat bij heftige regenval het water van het meer tot daar kon stijgen. Dat vond ik geen leuke uitdaging, heb je een leuk plekje direct aan het meer met mooi uitzicht dan mag je bij regen ’s nachts verkassen. En als je het niet vrijwillig doet, dan dobber je gewoon weg. 😀 😃

Uiteindelijk kwam ik bij Haast terecht, een klein gehucht met één benzinestation (het enige in een omtrek van 200 kilometer) en één gelegenheid dat voor supermarkt moet doorgaan, beiden met schandalig hoge prijzen. Maar ja, 100 kilometer omrijden deed ik ook niet …
Het is voor één nacht en dan steek ik de Alpen naar het oosten over. Zo ongeveer bovenop die Alpen heb ik nog een lodge voor twee nachten (dus die boodschappen had ik wel echt nodig 😉) en begin ik aan het laatste derde gedeelte van mijn roadtrip.